Hoogbegaafdheid en Autisme
- Barbara de Ligt
- 29 mei 2022
- 10 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 5 apr
Er is weinig tot geen onderzoek gedaan naar een eventueel verband tussen hoogbegaafdheid en autisme. Sommige mensen denken dat hoogbegaafden automatisch ook autistisch zijn, maar dat is niet waar. Het zijn twee verschillende zijnsverschijnselen (of constituties) die met elkaar samen kunnen bestaan en soms is de grens heel vaag van wat nou bij het één en wat bij het ander hoort. Agnes Burger-Veltmeijer (2016) heeft onderzoek gedaan naar hoogbegaafdheid en autisme bij kinderen en kwam tot de conclusie: er zijn hoogbegaafde kinderen, er zijn kinderen met autisme en er zijn hoogbegaafde kinderen met autisme.
In deze blogpost zal ik niet veel dieper ingaan op autisme en hoogbegaafdheid an sich, want uitgebreidere informatie daarover is hier te vinden. Hier gaat het om een combinatie van hoogbegaafdheid met autisme, ook wel een 'dubbeldiagnose' genoemd (let op: hoogbegaafdheid is eigenlijk geen diagnose, maar men gebruikt in deze context wel vaak het woord ‘dubbeldiagnose’ of ‘dubbelbijzonder’). Ik eindig met een stukje vanuit zelfonderzoek ‘Hoe zit het dan bij mij?’ en een persoonlijk slotwoord over de combinatie.
Wanneer we spreken in termen van neurodiversiteit, dan spreekt men van het 'neurotypische brein' en het 'niet-neurotypische brein'. Zoals bij velen intussen wel bekend is, wordt autisme gekoppeld aan een niet-neurotypisch (of neurodivers) brein. Autistische mensen denken vanuit de basis anders dan neurotypische mensen, het gros van de bevolking. Men gaat er echter vanuit dat je in beide categorieën hoogbegaafde mensen kunt vinden en hoogbegaafden denken natuurlijk doorgaans ook anders dan de meeste mensen. Wanneer er ook nog autisme in het spel is, is er dus vaak sprake van dubbel-anders-denken.
Van hieruit bekeken is het niet zo verbazingwekkend dat er bij een autistische persoon met hoogbegaafdheid ook sprake is van een (grotere) 'verbaal-performaalkloof'. Deze zal ik hieronder toelichten. Allereerst wil ik wat meer duidelijkheid geven over de begrippen 'verbaal' en 'performaal' in de context van intelligentie.
Verbale intelligentie = zegt iets over het denken in woorden en het woordgeheugen.
Performale intelligentie = heeft te maken met het oplossen van problemen en het praktisch denken. Hieronder valt ook het ruimtelijk en visueel inzicht (waaronder beelddenken), het executief plannen en de fijne motoriek.
Men spreekt van een 'verbaal-performaalkloof' wanneer het denken en redeneren in taal op een veel hoger niveau ligt dan het praktisch handelen maar het kan ook omgekeerd zijn: het ruimtelijk inzicht, organisatorisch vermogen, praktisch handelen en de detailwaarneming zijn beter ontwikkeld dan het vermogen om gedachten te uiten in taal. Omdat de wereld echter flink op taal is ingericht, kan er flink wat frustratie leven in iemand die veel in z'n mars heeft, maar dit niet goed naar de buitenwereld weet te communiceren.
Gevolgen van zo’n kloof kunnen o.a. zijn dat een hoogbegaafde persoon met autisme:
wordt onderschat: bv. verwachten dat als iemand verbaal of performaal niet sterk is, de intelligentie dan ook niet hoog kan zijn en daarom cognitief niet zoveel aankan. Of: degene presteert onder niveau op tests etc. omdat hij/zij niet goed tegen tijdsdruk kan of de vragen anders interpreteert.
wordt overschat: bv. verwachten dat iemand met een hele hoge intelligentie ook op praktisch niveau ver ontwikkeld is. Of: verwachten dat als iemand verbaal en qua denken sterk is, diegene dan ook op het gebied van praktische of sociale vaardigheden sterk is.
meer moeite heeft om met de intensiteit en verwerking van prikkels om te gaan en daarom meestal harder moet werken dan een hoogbegaafde zonder autisme, om eenzelfde prestatie voor elkaar te krijgen.
Er zijn mensen die beweren: 'Als je autisme hebt, dan kun je niet echt hoogbegaafd zijn, want je hebt te maken met een beperking.' Echter, omdat we nooit precies weten of de 'beperking' een gevolg is van intense begaafdheid en bv. leefomstandigheden en/of trauma's, of dat het autisme de algehele begaafdheid beperkt, kunnen we hier geen absolute uitspraak over doen. Daardoor spreekt men liever van 'hoogbegaafdheid met autisme' of 'hoogbegaafd autisme'.
Een belangrijk cognitief verschil tussen hoogbegaafdheid en autisme zou volgens het onderzoek van Marink van Kessel (2009) zijn, dat er bij autisme over het algemeen sprake is van een gefragmenteerde verwerking van informatie, een gebrek aan cognitieve flexibiliteit en een afname in de verwerkingssnelheid wanneer processen van aandacht (en tijd) een rol spelen. Bij louter hoogbegaafdheid zou hier doorgaans geen sprake van zijn, waardoor cognitieve processen doorgaans enorm snel en flexibel gaan. In het geval van de combinatie hoogbegaafdheid en autisme, zou er volgens Van Kessel daarom beter gesproken kunnen worden van 'talenten en tekortkomingen'.
Daarentegen legt Martine Delfos in haar boek Autisme ontrafelen (2019) uit dat hoogbegaafde autisten helemaal niet per se langzamer zijn in informatieverwerking, maar dat ze meer tijd gebruiken om diepere en preciezere aandacht te geven aan details. Een autist zou een bepaalde kwestie - met name wanneer er sprake is van tegenstrijdigheden -daarom vaak grondiger aanpakken, waardoor het langer duurt.
Misdiagnoses
Voortvloeiend uit de bovengenoemde analogie, kan het zo zijn dat er misdiagnoses worden gegeven wanneer er sprake is van hoogbegaafdheid. Een situatie van misdiagnose kan ontstaan omdat kenmerken van zogenaamde 'psychiatrische stoornissen' overlap vertonen met kenmerken van hoogbegaafdheid en omdat veel psychodiagnostici onvoldoende kennis van hoogbegaafdheid hebben (Burger-Veltmeijer, 2016).
Tegenwoordig vindt er steeds vaker discussie plaats over mogelijk onterechte dubbeldiagnoses, met name bij ADHD of ASS. Overlap met de kenmerken van hoogbegaafdheid zijn bijvoorbeeld:
overlap met ADHD: taken niet afronden of te laat inleveren, regels niet naleven, conflicten met anderen, (hyper)actief gedrag, onrust door verveling of overprikkeld zijn.
overlap met ASS: een sterk geheugen hebben voor details, een hyperfocus hebben en de wereld om zich heen vergeten, het hebben van specifieke, intensieve interesses, sensorische gevoeligheden of een asynchrone ontwikkeling.
Is er werkelijk sprake van een dubbeldiagnose? Heeft de persoon in kwestie daadwerkelijk structureel en psychiatrisch last van belemmeringen uit zijnskenmerken in het dagelijkse leven? Zo ja, dan kan (zoals eerder in deze blogpost genoemd) bijvoorbeeld de hoogbegaafdheid het autisme maskeren of omgekeerd, of de hoogbegaafdheid en autisme werken elkaar tegen, zodat de hoogbegaafdheid er niet lijkt te zijn (Exentra, 2019). Hetzelfde geldt natuurlijk voor de combinatie hoogbegaafdheid en ADHD.
Aanvullende informatie over dubbeldiagnoses en misdiagnoses (met verwijzing naar concrete onderzoeken) zijn te vinden via de volgende link: https://balansdigitaal.nl/kennisbank/ontwikkelingsproblemen/welke-ontwikkelingsproblemen-zijn-er/autisme-en-hoogbegaafdheid/
Hoe zit het dan bij mij?
Hoe het precies bij mij zit, weet ik ook niet, maar ik herken mezelf zowel in autisme als in hoogbegaafdheid. Ik heb een intelligentie op hb-niveau, mijn creativiteit en gevoeligheid zijn overheersend intens, ik leer vooral autodidactisch en heb altijd een enorme drive gevoeld om iets nuttigs of grensverleggends de wereld in te brengen (wat mij meerdere malen veel doorzettingsvermogen heeft gegeven, maar ook flinke frustraties). Wanneer ik in een goede flow zit met werk, studie of hobby, vind ik het heel lastig om te stoppen. Ik kan een hele dag en/of nacht doorgaan als iets of iemand mij niet stopt.
Op de basisschool en middelbare school deed ik vrij weinig. Ik snapte vrijwel alles snel en deed het goed, maar wilde ook vooral heel graag snel klaar zijn, zodat ik 'vrije tijd' had en mijn eigen gang kon gaan met eigen projecten... Eén van mijn ‘aparte gaves’ heeft zich al op zeer jonge leeftijd gemanifesteerd: in gedetailleerd perspectief tekenen als kleuter (zie ‘Ervaringsverhaal’). Tenslotte herken ik mij ook ontzettend veel in alle vijf de hyperprikkelbaarheden/ OE’s van Dabrowski. Mijn hele ontwikkeling zie ik überhaupt goed terug in de theorie van 'positieve desintegratie' van Dabrowski, waar je hier verder over kunt lezen.
Waar ik mij niet in herken is het 'per definitie gefragmenteerde denken' van een autist, een laag EQ en empathisch vermogen, en het starre vasthouden aan structuren. Bij mij waren een normaal EQ en goed empathisch vermogen vastgesteld. Daarbij voldeed ik niet volledig aan het kenmerk 'vasthouden aan rigide structuren', hoewel een vaste structuur wel ergens diep in mijn behoeften ligt. Ik ben het liefst in het hier-en-nu en geef me over aan een creatieve stroom en inspiratie, waardoor ik erg impulsief en all-over-the-place kan zijn, wat weer erg bij mijn ADHD-kant past. De overige kenmerken van autisme waren kennelijk wel voldoende om de diagnose ASS te krijgen (zoals tics, pre-occupaties, veelzijdige sociale struggels, intense emoties en hypersensitiviteit).
Ik herken wel dat het gefragmenteerde denken zo nu en dan bij mij plaatsvindt, maar zeker niet onder alle omstandigheden. Ik denk zowel top-down als bottom-up en heb in mezelf een knop ontdekt waarmee ik bewust de denkrichting kan omschakelen. Het is afhankelijk van waar mijn interesses op dat moment liggen en de mate waarin ik op dat moment te maken heb met afleidende prikkels, lichamelijke fitheid e.d., hoe volledig en effectief ik een bepaald vraagstuk aanpak en of ik top-down of bottom-up, holistisch of gefragmenteerd denk. Ik kan in- en uitzoomen van het geheel naar een deel (details) en omgekeerd, zoals ik op de homepage bij de fractalvideo al heb vermeld. De uitspraak van Martine Delfos is daarbij voor mij ook heel herkenbaar: dat ik meer tijd gebruik om diepere en preciezere aandacht te geven aan details (maar soms ook juist aan het totaalplaatje met alle interne verbanden) en ik vind het ook erg moeilijk om dit te laten, waardoor ik vaak wat minder efficiënt ben. Tijd is voor mij sowieso een relatief fenomeen dat ik persoonlijk het liefste overboord gooi (met een knipoog), want als ik onder tijdsdruk iets moet maken en daar dus mee rekening moet houden (omdat jouw 'Zijnskwaliteit' dan wordt afgerekend op snelheid), dan kan ik mij bij voorbaat al minder concentreren en zal ik iets met minder concentratie aanpakken, waardoor er een mindere uitkomst volgt. Dit neemt overigens niet weg dat ik spelletjes met tijdsdruk niet af en toe best heel leuk vind!
Over het woord ‘hoogbegaafd’
Zoals je op deze website merkt gebruik ik het woord 'hoogbegaafd' gewoon heel makkelijk, maar in de praktijk doe ik dat niet altijd zo snel. Het is voor mij nog steeds een heel gevoelig woord, omdat ‘hoog-’ voor mij polariserend klinkt; alsof de ene persoon meer, superieur of beter is dan de ander, waar ik absoluut niet overtuigd van ben. Ontwikkeling kan bij iedereen vertragen of versnellen; verwachts en onverwachts... Alles is relatief en waar moet je überhaupt beginnen met meten? Hoogbegaafdheid is sowieso meer dan alleen maar een zeer hoge intelligentie en intelligentie is volgens mij ook veel meer dan het soort vraagjes op een IQ-test... Een IQ-test is in mijn ogen beperkt en dat zeggen vele professionals op dat gebied ook (zoals Renata Hamsikova).
Diep van binnen geloof ik er ook in dat ieder mens bijzondere gaven bezit en dat het zeker niet alleen 'de gaven die met het schoolwerk matchen' zijn die meetellen om van hoogbegaafdheid te kunnen spreken. Als jij je vrij en gelukkig voelt, kan jouw intelligentie veel beter de wereld in stromen. Hoogbegaafdheid die vooral tot uiting komt in de schoolse zaken, noem ik altijd 'schoolhoogbegaafd'. Toevallig matcht jouw persoontje dan daarmee en komt het op school naar buiten. Dat was bij mij enigszins zo, maar ook bij mij stroomde het niet altijd en daardoor kon ik me van tijd tot tijd meteen intens ongezien en verloren voelen... Er zijn ook veel hoogbegaafden die school zo weird en dom vinden, dat ze überhaupt hun 'goed presteren' niet tonen.
Hoogbeschaafd
Een andere benaming die ik overigens ook heel herkenbaar en leuk vind, komt van Eefje Versweyveld: ‘hoogbeschaafd’ (zie Youtube: https://www.youtube.com/watch?v=aspJTHbmGYs&t=825s ). Dat zijn volgens Eefje de mensen die 'een zeer goed ontwikkelde en openstaande natuurlijke internetverbinding in zich hebben; een informatief lijntje tot het 'alwetende veld voorbij ruimte en tijd’. Deze mensen hoeven bepaalde zaken niet geleerd, gezien, gehoord of meegemaakt te hebben om er informatie over te kunnen hebben, maar lijken in te tunen op grotere collectieve informatievelden (een soort van natuurlijke ‘clouds’) en vangen van daaruit informatie op.
Ik herken dit en heb over het algemeen een vertrouwen in mijn ‘innerlijk weten’ (maar kan ook vreselijk twijfelen en in de socratische, agnostische 'niet-wetenstand' gaan). Ook hier weet ik niet hoe goed ontwikkeld deze zogenaamde 'beschaafdheid' is (daar is gewoon geen meetinstrument voor!), maar ik herken het en vind het mateloos boeiend. Mijn ‘fractalbrein’ (zie blog ‘Mijn oneindige fractalbrein’) kan dan als het ware voorbij de materie speuren. Dat doe ik niet door te denken, maar vooral ook door te voelen en 'waar te nemen'. Een radar in mij speurt sferen af, en leest vormen, klanken, ritmes en patronen in de binnen- en buitenwereld, en vanuit die waarnemingen krijg ik vervolgens informatie. Toen ik voor het eerst in aanraking kwam met het academisch schrijven op de universiteit (zoals de regels van a.p.a./ correcte bronvermelding, etc.), werd ik me hiervan bewuster. Ik werd er namelijk mee geconfronteerd dat ik dat lijntje dan eigenlijk (bijna) niet mocht gebruiken. Dat zou te subjectief zijn en 'geen wetenschap'. Alles moest naar een gefundeerde bron uit de materiële realiteit of literatuur verwijzen. Persoonlijk vind ik het ook wel sterk als iemand op academische wijze goede stukken tekst/content kan produceren, maar aan de andere kant vind ik dat het innerlijke lijntje met onze subjectieve werelden even zo belangrijk is. Het zijn de twee vleugels van een en dezelfde vogel (met eentje kan hij namelijk niet vliegen...). Ik luister ook heel graag naar wat de lijntjes van andere mensen te zeggen hebben en naar de levensverhalen van anderen en niet alleen maar naar wetenschappelijke (en droge) literatuur. Daarin vind ik vaak veel herkenning en inzichten. Ik besef me ook: hoe meer ik me mentaal in iets verdiep, des te complexer het wordt en des te minder ik ervan af lijk te weten. Wanneer ik me vervolgens weer naar binnen keer en gewoon ‘waarneem’, dan lijkt alles weer eenvoudiger te worden en komen vaak de beste ideeën en inzichten (weer terug). Een constant proces van bewustzijnsbalans vinden dus. Er zijn alleen wel veel zaken in deze materiële wereld die bij mij dat innerlijke lijntje al gauw opengooien, waardoor ik dus vaak 'intens inspireerbaar' en snel afgeleid ben...
Tot slot...
Om deze blogpost af te sluiten, kom ik nog even terug op de mogelijke relatie tussen autisme en hoogbegaafdheid. Wat er nu precies door autisme of door de begaafdheid komt, dat weet ik niet. Het is een grijs gebied met overlappende verschijnselen en/of eigenschappen wanneer er sprake is van een zeer hoge intelligentie. Ik denk dat we er ook niet uit zullen komen zolang we in deze labels blijven denken. De natuur kent overgangen, maar geen absolute grenzen. Er is een gebied voorbij taal, ruimte en tijd... Veel van de waarheid of het geheel ligt verborgen onder de oppervlakte, zoals bij een ijsberg of een boom, maar we baseren de labels in eerste instantie altijd op wat waarneembaar is aan de oppervlakte (een klein gedeelte dus). We kijken niet naar de basis en vanwaaruit het komt (althans, het westerse denken lijkt daar moeite mee te hebben...). Mijns inziens zijn niet de stofjes of vormen in het brein de oorzaak van autisme of hoogbegaafdheid, maar ligt de oorzaak veel dieper en is het eerder andersom: hoe bewustzijn een relatie is aangegaan met onze fysieke bouwstenen en de wereld daaromheen. Zowel bewustzijn van binnenuit als de prikkels van buitenaf beïnvloeden de ontwikkeling van ons brein, dat in respons weer bepaalde reacties kan geven aan ons lichaam, gevoel of handelen. Maar dat is een onderwerp voor een andere blogpost.

Bronnen:
Burger-Veltmeijer, A. (2016). Students with (suspicion of) IG+ASD: A study aimed at understanding the phenomenon of Intellectual Giftedness in co-occurrence with Autism Spectrum Disorder in relation to (needs-based) assessment. ISBN: 978-94-6233-218-8. Proefschrift Universiteit Groningen. Zie: https://agnesburger.nl/publications/69b376b1/0/publications
Exentra, Expertisecentrum rondom Hoogbegaafdheid (2019). Hoogbegaafdheidswijzer. Herkenning en erkenning van hoogbegaafdheid in de (geestelijke) gezondheidszorg in Vlaanderen. Geraadpleegd op 20 november 2020 via: https://www.kennisplein.be/Pages/Hoogbegaafdheidswijzer.aspx en https://www.kennisplein.be/Documents/Hoogbegaafdheidswijzer.pdf
Delfos, M. (2019). Autisme ontrafelen. Introductie over autisme met het socioschema. SWP, Uitgeverij B.V.
Kessel, M. van (2009). ECCE HOMO. Theoretisch onderzoek naar de combinatie Hoogbegaafdheid en Autisme. Scriptie Orthopedagogiek: Leren en Ontwikkeling. Radboud Universiteit Nijmegen.
Comments