
ADHD
ADHD staat voor ‘Attention Deficit Hyperactivity Disorder’ en wordt in de psychiatrie omschreven als een stoornis in de rijping van het centrale zenuwstelsel (Alkema, 2015). Specialisten hebben verschillende theorieën over de oorzaak van ADHD. Bij kinderen is het vaak sterker aanwezig dan bij volwassenen, maar ook volwassenen kunnen er nog onder lijden. Het uit zich in gedragskenmerken als structurele onrust, fysieke drukte (hyperactief), chaotische gedachten, concentratieproblemen en impulsiviteit. Vier tot tien procent van de kinderen heeft ADHD (Webb et al, 2020).
​
Ook ADHD heeft een overlappend gebied met kenmerken die begaafde mensen vaak tonen. Door een grote mate van gevoeligheid kunnen er moeilijkheden in het alledaags functioneren ontstaan, wat geïnterpreteerd kan worden als ADHD. De vraag is of er dan echt sprake is van ADHD of dat de onrust, impusliviteit en/of concentratieproblemen e.d. ergens anders vandaan komen, zoals een gebrek aan geduld en/of hyperprikkelbaarheden wat kenmerkend is voor vele begaafde mensen.
ADHD, zoals omschreven in de algemene gezondheidszorg
​
Er worden in de DSM (Diagnostic Statistic Manual of Psychiatric Disorders) drie hoofdvarianten onderscheiden:
-
Type 1: Aandachtsproblemen zonder hyperactiviteit en impulsiviteit. Dit type wordt ook wel ADD genoemd, zonder de H van ‘hyperactivity’. Deze kinderen vertonen over het algemeen minder verstorend gedrag, maar ze hebben moeite met concentratie en kunnen de neiging hebben te dagdromen (komen apathisch over). Taakinitiatie is vaak moeilijk en ze vergeten makkelijk zaken of spullen. Ze hebben begeleiding nodig in de uitvoering van executieve functies.
-
Type 2: Impulsiviteit en hyperactiviteit, zonder aandachtsproblemen. Over dit type is nog weinig bekend en wordt vooral gezien bij zeer jonge kinderen (<7 jaar).
-
Type 3: Aandachtsproblemen met hyperactiviteit en impulsiviteit. Dit is het meest voorkomende type en ook het type dat in de volksmond o.h.a. bekend staat als ADHD. Ook dit type heeft moeite met taakinitiatie, vergeten makkelijk zaken of spullen en hebben moeite zich aan de regels te gehoorzamen. Tijd inschatten en organiseren is dan ook vaak moeilijk.
(Alkema, 2015; Webb et al, 2020)
All-over-the-place, impulsief en zonder concentratie
Bovenstaande drie begrippen zijn kenmerkend voor ADHD. Daarbij komt dat een ADHD'er vaak heen en weer schommelt tussen intense blijheden en intense dips (bv. intens verdrietig, boos of depressief). Emoties worden intens ervaren en uiten zich vaak externaliserend, bij jonge kinderen vaker met een opvallend gebrek aan controle over hun gedrag. Bij ADD (Type 1) speelt dit ook, maar is het meer internaliserend en dus minder zichtbaar.
​
Niet alleen emoties, maar ook qua gedachten of activiteiten (hyperactiviteit) is een ADHD'er vaak 'all-over-the-place' (letterlijk en/of figuurlijk dus). Een prikkel kan ze gauw afleiden, waardoor hun aandacht ineens switcht naar een heel ander onderwerp. In communicatie kunnen ze van de hak-op-de-tak-springen, snel afdwalen of andere mensen onderbreken in hun verhaal. Impulsiviteit ligt in dit verlengde, wanneer er intense motivatie of inspiratie plaatsvindt; een ADHD'er wil daar meteen mee aan de slag.
​
​
Bronnen
DSM-5: https://www.psychiatry.org/psychiatrists/practice/dsm
​
Alkema, E., Tjerkstra, W. (2015). Meer dan onderwijs (7e herz.dr.). Assen: Van Gorcum.
​
Webb, J., Gore, J., Amend, E., & Vries, A. de (2020). De begeleiding van hoogbegaafde kinderen. Assen: Van Gorcum.
